Han van Meegeren (1889-1947) was een Nederlandse kunstenaar en werd in één klap wereldberoemd toen hij vlak na de Tweede Wereldoorlog voor de rechter moest verschijnen, omdat hij een schilderij van Johannes Vermeer had verkocht voor 1.65 miljoen gulden aan de bekende nazi Hermann Göring. Het verkopen werd als collaboratie gezien. Van Meegeren gaf zijn geheim prijs, want het schilderij was namelijk geen Vermeer, maar een door hem zelf gemaakte vervalsing.

Van Meegeren was een bekwame schilder, maar verdiende naar eigen zeggen niet voldoende. De geboren Deventenaar besloot een schilderij van Vermeer te vervalsen om zijn kwaliteiten te bewijzen. Toen hij dit schilderij voor een groot bedrag aan Museum Boijmans verkocht, besloot hij met vervalsen door te gaan.

Zijn schilderijen waren niet van echt te onderscheiden. Van Meegeren gebruikte origineel 17e eeuws doek en mengde zijn olieverf met bakeliet. Als de verf opdroogde zag het er daardoor uit alsof het eeuwen oud was. Na het schilderen ging het werk de oven in. Tot slot boog hij het doek zodanig dat de bekende kleine scheurtjes (craquelé) ontstonden.

Van Meegeren werd tot 1 jaar gevangenisstraf veroordeeld, maar overleed voordat zijn straf inging aan een hartinfarct. Het feit dat Van Meegeren de hele kunstwereld voor de gek had weten te houden maakt hem tot op de dag van vandaag een controversieel, maar populair figuur. Er zijn wereldwijd verschillende films en documentaires gemaakt over het verhaal van de meestervervalser. In 2019 kwam de Hollywoodfilm ‘The Last Vermeer’ uit, waarin Guy Pierce de rol van Han van Meegeren speelt.

‍