Op vakantie in Kopenhagen kwamen wij de naam Hendrick Ruse (ook wel Hendrik Rusius genoemd) van deze 17e eeuwse ingenieur/architect wel een aantal keer tegen. Hij zou voor de bekende Menno van Coehoorn de belangrijkste militair ingenieur van de Nederlanden zijn geweest. Wie was deze man en wat is zijn verhaal?

Deze Drentenaar werd in het jaar 1624 geboren in Ruinen. Op zijn 15de ging hij in dienst bij het ‘Nederlandse’ leger onder leiding van Frederik Hendrick. Op zijn 19de trad hij in Franse dienst en vocht hij in verschillende veldslagen. Hij maakte na enkele jaren in Franse dienst de overstap naar een Venetiaans leger.

In 1650 dook hij in Amsterdam op bij de verdediging van de stad. Inmiddels was hij een doorgewinterde vestingbouwkundige en werd hij in 1651 benoemd tot buitengewoon ingenieur van de stad. Hij zal later ook een boek schrijven over vestingen. Deze verdedigingswerken werden steeds belangrijker. Na een avontuur in dienst van een Duitse vorst klopte koning Frederik III van Denemarken bij hem aan.

De Nederlander vertrok richting Kopenhagen en kreeg daar de opdracht het fort (Kastellet) te verbeteren. Ruse kreeg voor zijn leverde werk het landgoed Bøvling. In 1673 werd hij zelfs tot de adelstand verheven en ging hij door het leven als Baron van Rusenstein.

In 1677 keerde hij terug naar Nederland en vestigde hij zich in Sauwerd in de provincie Groningen. Hij stierf daar uiteindelijk op 55 jarige leeftijd.

‍