Bij deze kruistocht waren zowel Hollandse als Friese soldaten betrokken. Na vier eerdere kruistochten, met wisselend succes, hadden de meeste heersers van West-Europa weinig zin meer in een nieuwe kruistocht. Daar dacht de toenmalige Paus Innocentius III anders over. Hij zond predikers om soldaten te werven. Deze kwamen ook naar Holland en Friesland. Vooral de Friezen waren gewild, omdat ze bekend stonden als vechtersbazen.

‍

Bisschop Olivier van Keulen werd naar Friesland gestuurd om ridders te ronselen. Dit werd een groot succes. Er werden onder andere in Surhuizum, Bedum en Dokkum zwevende kruizen in de lucht gesignaleerd. Dat moest een teken van God zijn. Er ontstond een groot enthousiasme voor de kruistocht in heel Friesland. Ongeveer 80 Friese schepen voegden zich bij een vloot van Hollanders en Vlamingen en vertrokken, onder leiding van graaf Willem I van Holland, op 29 mei 1217 richting het Oosten.

‍

Er gebeurde veel tijdens de tocht naar het Heilige Land. Graaf Willem besloot onderweg de Portugezen te helpen met het veroveren van de Moorse stad Al-Qasr en de Friezen strandden door een storm in Italië. Pas in augustus 1218 kwamen ze in Damiate (Damietta) aan. Het beleg van de stad duurde uiteindelijk ruim een jaar. Het verhaal gaat dat Friese soldaten een belangrijke rol speelden bij de verovering van een van de belangrijkste wachttorens van de stad.

‍

Damiate werd veroverd, maar toch draaide de Vijfde Kruistocht uit op een complete mislukking. Het leger strandde en moest Damiate zelfs weer prijsgeven. Ondanks deze mislukking zijn er vandaag de dag nog steeds sporen van de Vijfde Kruistocht terug te vinden in Nederland. Het wapen van Dokkum draagt een halvemaan en op die van Haarlem staat een zwaard en een kruis (📷3). Dit zijn allemaal verwijzingen naar de deelname aan de kruistocht.

‍

📕: De Tempeliers, Dan Jones

📷1-2: Verovering van Damiate, Cornelis van Wieringen uit 1627, @franshalsmuseum

‍